Home
Alphen
Agenda
Fotoalbums
Links
Nieuwsarchief
Wat is WHAM
Onze collectie
Nieuwsbrieven
WHAM winkel
Wordt donateur
Contact WHAM
Ansichtkaarten
Archeologie
Bedrijvigheid
Bestuur
Bidprentjes
Brand
Criminaliteit
Gebouwen
Genealogie
Gezondheid
Luchtfoto's
Maas
Mooi Alphen
Muziek
Natuur
Onderwijs
Ontmoetingen
Oorlog
Ouwe kranten
Prinsengalerij
Publicaties
Religie
Signalement
Straatnamen
Verenigingen
Video's
Watersnood
Zoekplaatjes
Nieuw op de site
Zoeken op de site
Contact site
|
|
De Spaanse griep
|
Het liep tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog. In augustus 1918 waren veel Amerikaanse soldaten in Europa ziek: 43.000 van hen overleefden het niet. Dit is bijna de helft van het aantal Amerikanen dat in Europa stierf; aan het front vielen ruim 50.000 man. De ziekte sloeg snel over naar andere legerkorpsen. Toen de oorlog in november 1918 eindigde en soldaten terugkeerden naar hun landen, werden ze overal ter wereld feestelijk onthaald. Door deze wereldwijde massabijeenkomsten verspreidde het virus zich gemakkelijk. In de VS stierven 675.000 mensen, in Frankrijk 200.000, in Engeland 400.000, in Nederland 27.000.
Aanvankelijk was het virus niet dodelijk, maar dat veranderde al snel. In Spanje, waar geen oorlogscensuur bij de media heerste, sloegen de kranten groot alarm toen verschillende mensen aan het virus stierven. De dood trad in na enkele dagen van koortsaanvallen die aan griep deden denken. Zo kreeg het virus zijn nogal misleidende naam.
De Spaanse griep begon met hoge koorts, hoesten, spierpijn en keelpijn, gevolgd door extreme moeheid en flauwtes. Men verloor zoveel energie dat men niet meer kon eten en drinken. De ademhaling werd steeds moeilijker en binnen enkele dagen trad de dood in. De Spaanse griep had de opmerkelijke eigenschap om jonge volwassenen te treffen. Dit in tegenstelling tot gangbare griepepidemieën, waarbij met name kinderen en senioren de ziekte krijgen en laatstgenoemden de grootste risico’s lopen.
|
Provinciale Noordbrabantsche en 's-Hertogenbossche courant, 3 december 1918
|
Op 9 november 1918 werd al gemeld dat de scholen in Altforst, Maasbommel en Alphen gesloten waren en pas op 3 december zag je in de krant dat de ziekte scheen te wijken. Als we de overlijdensakten van de gemeente bekijken klopt dat ook wel, tenminste voor onze omgeving.
|
In Alphen vinden we uit de overlijdensakten eigenlijk maar twee personen die waarschijnlijk gestorven zijn aan de Spaanse griep. Met zekerheid is dit niet te zeggen, omdat in deze akten de doodsoorzaak niet is opgenomen. Kinderen van Hendricus Theodorus van Zwolgen (36 jaar, overleden 18 november) wisten dat nog van hun vader. Ook Francis de Klein (24 jaar, overleden 26 november) was waarschijnlijk ook een slachtoffer in Alphen van deze ziekte. Vreemde bijkomstigheid is wel dat in het Register van besmettelijke ziekten niemand wordt vermeld die aan de Spaanse griep is overleden.
Maasbommel werd veel sterker getroffen. Tussen 13 oktober en 23 november zijn daar 15 personen overleden tussen de 14 en 64 jaar. Ook in Druten werd melding gemaakt van een abnormale hoeveelheid sterfgevallen.
|
Hendrik van Zwolgen |
In 1918 stierven er in onze gemeente (Appeltern, Altforst, Maasbommel en Alphen) 94 personen, waarvan 47 in de laatste 5 maanden. Als vergelijking: in 1917 waren dat er 68 en in 1919 slechts 51.
De kranten stonden bol van de berichten over deze ziekte, vandaar onderstaand bericht.
|
Tielsche Courant, 24 oktober 1918
|
|